Tijdens MOOOV Filmfestival in Brugge begeleidde Fantômas jonge critici in hun reflectie over film. Jade van der Moere tast in haar geheugen naar innige momenten.
In mijn schetsboeken beschrijf ik al een paar jaar de fijne momenten die ik op een dag meemaak. Het zorgt ervoor dat ik mij bewust ben van de kleine dingen die op een dag kunnen gebeuren. De warmte van de zon die ik, na te veel regenachtige dagen, eindelijk op mijn gezicht voel. Een vriendin die mijn hand vasthoudt en streelt terwijl we samen naar een film kijken. De bloesem die wordt meegenomen door de wind en nu overal op de straten verspreid ligt. Ik merk dat ik in een film ook vaak op zoek ben naar dit soort kleinigheden.
In Le bleu du caftan (Maryam Touzani, 2022) dwarrelt stoom om Halim en Youssef heen terwijl ze op een stenen vloer liggen. Het water glijdt van hun ruggen af, handen wassen hun lichamen. Ze hebben alleen maar aandacht voor elkaar. Voorzichtig raken hun pinken elkaar aan, de kleinst mogelijke aanraking voelt als het grootste sensuele gebaar. Halim en Mina maken samen een klant belachelijk in hun kaftanboetiek. Ze drinken samen thee en kijken naar een voetbalwedstrijd in een café waar ze nooit eerder kwamen. Hij giet het warme water in een teiltje terwijl ze haar armen en voeten wast. Hij wast haar haren. “Eindelijk, na 25 jaar!” zegt Mina. Later vraagt ze aan Halim om haar te helpen omkleden, het lukt haar niet meer alleen. Zachtjes haalt hij haar blouse over haar hoofd, het litteken op een van haar borsten is zichtbaar. Hij kijkt ernaar en voorzichtig strelen zijn vingers over het litteken.
De tederheid tussen de personages komt het sterkst uit de vele close-ups van hun handen. De pinken van Halim en Youssef die elkaar raken in het badhuis, de zachte streling van Halims vingers op het litteken van Mina, de hand van Halim over die van Youssef wanneer ze samen in de blauwe zijde knippen. Hun werk in de kaftanboetiek, handenarbeid zonder machines, verloopt op een vergelijkbare manier. Close-ups tonen precies hoe de handen teder met verschillende stoffen werken. De structuur van blauwe zijde is als het landschap van onze huid.
De emoties die deze beelden van handen oproepen, doen mij denken aan het video-essay Hands of Bresson (2014), waarin Kogonada allerlei handen uit films van Robert Bresson met elkaar vervlecht. Zelfs zonder de context te kennen voel ik hoeveel de handen vertellen, welke emoties ze uitstralen. Ik voel de twijfel, de verslaving aan alcohol, de afwijzing, de verliefdheid, de pijn. De manier waarop de handen bewegen, hoe vuil of schoon ze zijn, de rimpels die te zien zijn op de huid, kortom: de manier waarop ze gevormd zijn, vertelt veel over de mensen bij wie de handen horen. Het wekt de indruk dat de personages ook op een heel kleinschalige, tactiele manier bestaan en niet puur gedefinieerd worden door hun zogezegde grote daden. Le bleu du caftan drukt tederheid op eenzelfde lichamelijke wijze uit. Het is een vorm van liefdevolle aandacht die de personages voor elkaar uiten.
In de hard geworden Boliviaanse aarde die Alejandro Loayza Grisi filmt in Utama (2022) is een mozaïek van barsten ontstaan. Het heeft al lang niet meer geregend, het water begint op te raken. Er groeit niks meer op het akkertje naast het huis van Virginio en Sisa, hun lama’s hebben dorst. Nog voor de zon opkomt, vertrekt Virginio met zijn lama’s het landschap in. Zijn vrouw Sisa houdt zich bezig met het weven van de wol en het bijwerken van hun uitgedroogde, lege akkertje. Virginio en zijn lama’s rusten uit. Hij pakt een paar stenen van de grond, bekijkt ze zorgvuldig. Hij wrijft de stof van een witte steen, een tevreden blik verschijnt op zijn gezicht voordat de steen in zijn jaszak verdwijnt. In de schemering keert hij terug, zijn vrouw bereidt het eten. Nog voordat hij zijn jas uitdoet, legt hij de witte steen op tafel. Sisa bekijkt de steen met bewondering. Het plankje boven haar bed krijgt langzaam meer gezelschap, de vensterbank ligt al vol met kleine, verschillende gekleurde stenen. Wanneer Virginio’s leven voorbij is, houdt Sisa hun ritueel in leven. Een voor een vinden de stenen hun weg terug naar de woestijn.
De momenten uit Le bleu du caftan en Utama doen mij denken aan wat Iris Murdoch schreef over het belang van aandacht en tederheid in de liefde. Door ons open te stellen en onze aandacht te richten op de ander, kunnen we onze liefdevolle relaties met andere mensen en de natuur versterken. Ook tederheid speelt daar een rol in; ze zorgt ervoor dat we ons durven open te stellen, dat we ons bewust worden van elkaars kwetsbaarheid en empathie tonen. In Le bleu du caftan verandert de relatie tussen Mina en Youssef ook door liefdevolle aandacht. Wanneer ze elkaar ontmoeten, merkt Mina argwanend de blikken tussen Halim en Youssef op en tikt ze hem regelmatig op de vingers. Wanneer Youssef haar begint te verzorgen, begint Mina’s blik op hem te veranderen, ze gaat echt naar hem kijken. Gaandeweg stelt ze zich kwetsbaarder op, vertelt hem over haar fouten, haar aanvankelijke wantrouwen. Hij luistert aandachtig. Haar openheid leidt ertoe dat ze elkaar kunnen accepteren, er ontstaat een vorm van liefde waarin ze elkaar begrijpen.
In Kogonada’s After Yang (2021) zie ik mijn eigen verzameling van fijne momenten op een dag gereflecteerd. Wanneer de defecte androïde Yang gerepareerd wordt, krijgt zijn familie de kans om een kijkje te nemen in zijn geheugen. Zijn herinneringen bestaan uit korte fragmenten, een paar seconden, die hij van elke dag heeft verzameld. Hoe het zonlicht de ruimte vult, hoe Jake thee maakt, hoe een kikker door het bos springt, hoe Ada een huisje bouwt van lucifers. Het is een verzameling waar ik samen met de andere personages doorheen mag bladeren, waardoor ik Yang leer kennen, weet waar zijn aandacht naar gaat, weet wat hij belangrijk vindt. De verzameling heeft een emotionele waarde, Yangs familie leert hem via deze mooie momenten kennen, terwijl hij er zelf niet meer is.
Waarom worden zijn herinneringen ook onderdeel van mijn geheugen? Waarom krijg ik een brok in de keel wanneer ik Mina, Halim en Youssef in hun appartement voor het open raam zie dansen? Waarom ontstaat er een kleine glimlach op mijn gezicht wanneer Virginio zijn hoofd rust in Sisa’s schoot? Net als bij de handen van Bresson kaderen de kleine momenten van tederheid in een veel complexer, groter bestaan dat jammer genoeg ook vaak samengaat met pijn. Raak ik geëmotioneerd omdat ik weet met welke problemen de personages worstelen? Ik geloof wel dat de onderliggende pijn deze tedere momenten zwaarte mee geeft, waardoor de emoties harder aankomen. Maar ik denk dat een evenwicht tussen tederheid en pijn niet noodzakelijk is voor een emotionele impact.
De verzameling aan tedere momenten, of het nu herinneringen, aanrakingen van handen of het delen van stenen is, is ook gerelateerd aan mijn eigen verzamelingen. In de slaapkamer die ik in mijn tienerjaren deelde met mijn zus, lag de vensterbank vol met de schelpen die ik door de jaren heen heb verzameld. De stenen in de slaapkamer van Sisa en Virginio brachten me terug naar de herinneringen aan mijn schelpencollectie. Ik verzamel ze nog steeds. Het is een onbewuste bezigheid. Het zoeken is niet meer zo grondig en vormt meer een dwaling. Soms neem ik er nog eentje mee, stop die in de zak van mijn jas, mijn vingers blijven ermee spelen. In elke schelp zit een herinnering, die me opnieuw bezoekt iedere keer dat ik er eentje oppak.
Er zijn veel films waarvan specifieke beelden me keer op keer blijven bezoeken. In mijn hoofd monteer ik die beelden, vormen ze samen als het ware een nieuwe film. Ik merk dat die beelden steeds terugkeren omdat ze hetzelfde gevoel oproepen als mijn eigen herinneringen. Het zijn kleine, tedere momenten die ik bij me draag als souvenirs.
Tijdens MOOOV Filmfestival in Brugge begeleidde Fantômas jonge critici in hun reflectie over film. Maarten Jochems stond meermaals oog in oog met de dood, of toch haar beeltenis.
Tijdens MOOOV Filmfestival in Brugge begeleidde Fantômas jonge critici in hun reflectie over film. Laura Janssens luistert naar de droge lucht in Utama.
Tijdens MOOOV Filmfestival in Brugge begeleidde Fantômas jonge critici in hun reflectie over film. Mieke Schelstraete bespeurde in beeldkaders samengebalde afzondering en verwerkte die indrukken in een beeldessay.
Tijdens MOOOV Filmfestival in Brugge begeleidde Fantômas jonge critici in hun reflectie over film. Jeroen Lemmens vraagt zich af hoe (on)gemakkelijk het is om te filmen met een ecoterroristisch manifest in de achterzak.
Wet je pen, focus je blik en spits je oren: Fantômas nodigt je uit op een workshop filmkritiek tijdens MOOOV Filmfestival van 20 tot 28 april in Brugge.