Een carnaval van leven en dood.

Met het zinderende A New Old Play maakt de Chinese schilder en cineast Qiu Jiongjiong zijn fictiedebuut. Wij gingen met hem in gesprek over zijn filmstijl op het kruispunt van schilderkunst en cinema, over de kracht van kunst en over de uitdagende omstandigheden waarin hij zijn film maakte.

09.11.2022 | Camille Bourgeus

In Qiu’s fictiedebuut komt het hoofdpersonage Qiu Fu na een tragisch ongeval terecht in een mysterieuze onderwereld, waar hij terugblikt op zijn leven en dat van zijn operagezelschap The New New Troupe. In verschillende hoofdstukken worstelt het gezelschap zich door de turbulente twintigste eeuw in China: de oorlog met Japan, de Chinese burgeroorlog, de oprichting van de Volksrepubliek onder Mao en de daaropvolgende armoede, hongersnood en vlucht naar Taiwan. “Het toneelstuk is niet gedaan wanneer het doek valt”, zegt een van de kunstenaars in de film. Van dichtbij zien we de vergeefse pogingen van kunstenaars om niet alleen zichzelf maar ook hun kunst aan te passen aan zestig jaar van politieke omwentelingen. A New Old Play is een ware audiovisuele trip, op het kruispunt van theater, cinema en schilderkunst. De prachtig gecomponeerde shots doen denken aan Chinese scroll paintings, maar ook aan Europese schilderkunst en vroege diorama’s. De film onderscheidt zich door vele gedetailleerde decors, een prikkelend vertelritme en een stoutmoedig gevoel voor humor.

A New Old Play vertelt het semibiografische verhaal van jouw grootvader Qiu Fu, een van de bekendste clowns uit de traditionele Sichuan-opera. De film valt op door de vele prachtig gecomponeerde tableaushots en zijdelingse tracking shots en werd volledig in een studio opgenomen. Hoe kwam het idee voor deze film tot stand?

In al mijn films ben ik geïnteresseerd in hoe individuen de geschiedenis beleven tegen de achtergrond van de grote verhalen van een tijd. Na zes documentaires vroeg ik me af hoe ik mijn cinematografische grammatica verder kon ontwikkelen. Het idee om mijn film volledig in een studio op te nemen werkte enorm inspirerend. Daardoor kon ik een ambachtelijke en ‘handgemaakte’ manier van films maken uitproberen. Die keuze werd beïnvloed door mijn jeugd: ik groeide op in een theatergezelschap en dat had een grote impact op mijn artistieke denken. Maar ook de films die ik als kind zag, zoals die van Federico Fellini en de traditie van de stille cinema, hebben een grote indruk nagelaten. Opgroeien in de jaren tachtig was voor mij ideaal omdat Chinese bioscopen toen veel internationale films vertoonden.

Daarnaast speelt ook mijn achtergrond als schilder een rol in het creatieve proces van A New Old Play. Schilderkunst brengt een esthetische dimensie binnen in mijn films, maar ze heeft ook een methodologische functie. Al van in de preproductie maakte ik tekeningen en schilderwerken om de film te visualiseren. Ik beeldde me de film in als een 3D-stripboek, waarin mijn personages verschillende avonturen beleven. De werken die ik ter voorbereiding maakte, waren belangrijk om alle betrokken mensen, inclusief de geldschieters, te tonen hoe ik de scènes voor ogen zag. Op een meer praktisch niveau hielpen deze tekeningen me ook om geld te besparen tijdens de opnames.

In de film zien we van dichtbij de vergeefse pogingen van jouw grootvader en de andere kunstenaars uit zijn operagezelschap om niet alleen zichzelf maar ook hun kunst aan te passen aan zestig jaar van politieke omwentelingen in China. De ene keer verzet kunst zich tegen de heersende orde, dan weer wordt kunst ingezet als een politiek instrument en propaganda. Is dat hoe we de titel A New Old Play kunnen begrijpen?

Ik geloof dat alles wat rondom ons gebeurt en wat wij als ‘nieuw’ beschouwen, in het verleden al eens heeft plaatsgevonden in een andere vorm. Alles wat wij meemaken is al eens door iemand anders beleefd. De Chinese titel Jiao ma tang hui (椒麻堂会) verwijst daar ook naar. ‘Tang hui’ betekent privévoorstelling. Wanneer Chinezen vroeger een verjaardag of begrafenis organiseerden, betaalden ze artiesten voor een privéoptreden. ‘Jiao ma’ verwijst naar Sichuan-peper. De film is dus een Sichuan flavoured privévoorstelling: naargelang de opdracht moeten kunstenaars een voorstelling opvoeren die ofwel commercieel ofwel politiek aangestuurd is. De optredens horen bij een bepaalde tijd en zodra dat tijdperk voorbij is, gaan de artiesten een nieuwe periode in en moeten ze in hun werk tegemoetkomen aan andere eisen. Wanneer het optreden tijdens hun leven afgelopen is, gaan de artiesten de hel binnen en daar moeten zij opnieuw optreden voor de god van de hel. Dat gebeurt ook met het hoofdpersonage Qiu Fu, wanneer hij na zijn leven de onderwereld betreedt. Dat is het lot van de gewone mens.

Misschien klinkt dat een beetje pessimistisch, maar zo bedoel ik het niet. Het is net in deze schijnbare stilstand dat de kleine bewegingen van individuele personen het perspectief kunnen verschuiven. Ik geloof dat er kracht schuilt in kunst. Het punt is: die kracht ligt niet noodzakelijkerwijs in wat je hebt gedaan om tegen de omstandigheden te vechten. Ze ligt in de kleine signalen die je hebt uitgezonden. In een scène op het einde van de film ben je als kijker getuige van een geheime code die elk van de personages uitzendt. Die boodschappen kunnen minuscuul zijn, maar als je goed kijkt dan voel je hun impact.

Ondanks het harde lot van de personages is A New Old Play een enorm grappige film.

Ik groeide op in de provincie Sichuan, waar mensen hun leven leiden in de geest van de clown. Leven en dood zijn daar als een carnaval. De mensen hebben er een gevoeligheid voor humor, in het bijzonder zwarte humor. Het voelt als mijn plicht om films te maken zoals ik het doe; anders ben ik niet van Sichuan. Hoeveel moeilijkheden de personages ook hebben doorstaan, uiteindelijk trekken ze een grappig gezicht en proberen ze via humor om te gaan met hun situatie.

Brussel-Leshan, 21 december 2021. Met dank aan Liuying Cao voor de vertaling.

 

Fantômas en Please Release Me slaan in november de handen in elkaar voor de release van A New Old Play.

Meer lezen? Het integrale interview met Qiu Jiongjiong vind je in Fantômas #2.

 

REGIE Qiu Jiongjiong
SCENARIO Qiu Jiongjiong
FOTOGRAFIE Robbin Feng
MONTAGE Qiu Jiongjiong
MET Yi Sicheng, Guan Nan, Qiu Zhimin
PRODUCTIELAND China
JAARTAL 2021
LENGTE 179 minuten
DISTRIBUTIE Please Release Me
RELEASE 15 november 2022

gerelateerde artikelen
 

Fantômas #2: vrij verlangen

Wat behelzen geluid en bewegend beeld dat geschreven tekst niet herbergen kan? Schrijven over film impliceert altijd tekortkomen. Die spanning stimuleert heel wat teksten in ons tweede nummer. Het prijzen van de onvatbaarheid van een film die de schrijver tegelijkertijd probeert te vatten is een paradoxale evenwichtsoefening. Koorddansen vraagt uiteindelijk om een sprong in het ongewisse.

Sergei Parajanov: magiër van de filmkunst

Sergei Parajanov was schilder, muzikant, collage-artiest en filmpoëet, een multigetalenteerd kunstenaar van Armeense afkomst. Na enkele onopgemerkt gebleven films maakte hij met het wild creatieve Shadows of Forgotten Ancestors grote indruk, die hij nog overtrof met The Colours of Pomegranates, weliswaar in een heel andere, al evenzeer creatieve tableaustijl.

 
 

Kunst als verzet tegen het dreigende spook van totalitarisme

Wat gebeurt er in/met de Vietnamese cinema? Waarom blijven we over censuur praten als het over Vietnamese films gaat? Is dit omdat Vietnamese filmmakers – wij/hen – zo ongetalenteerd zijn dat we over censuur moeten roepen om wat aandacht te krijgen? Zijn we inderdaad, zoals honderden kijkers beweren, slecht bezig en is het allemaal “much ado about nothing”?

Ulysses of Pizza Hut

Radu Jude is berucht voor zijn onvermoeibaar vermogen om het donkere verleden van zijn land binnenstebuiten te keren. Met Bad Luck Banging or Loony Porn, zijn Gouden Beer-winnende nieuwe film, kijkt hij met een even chirurgisch precieze blik naar het heden.

 
 

Lamento voor een dode slang

De mythe van Orpheus en Eurydike spreekt al eeuwenlang tot de verbeelding: een jonge zanger wil zijn geliefde terughalen in de onderwereld maar verknalt het door om te kijken. Misschien zou de bevrijding beter lukken als de genderrollen werden omgekeerd?