De tiende editie van het festival Visite, van 17 tot 20 november 2022, stond in het teken van collectieven. Een publiek gesprek legde de vinger op praktijken, mogelijkheden en struikelstenen van collectief werken.
In een (voor het eerst) gezamenlijk curatorschap van Adel Setta, Kevin Kotahunyi en Eva van Tongeren bracht Visite artistiek werk samen waarin kunstenaars – vaak in collectieven – hun verhouding tot machtsstructuren en overgeleverde denkpatronen in vraag stellen. Naast een kleine expo en filmprogramma’s nodigde het festival twee collectieven uit voor een gesprek. Het Women to Women-collectief uit Kroatië en het Post Film Collective uit België – twee organisaties samengesteld uit migranten-kunstenaars – praatten met curator Eva van Tongeren en het publiek over hoe ze collectief kunst creëren. Behalve een uitwisseling van ideeën en praktijken toonde de ontmoeting eveneens dat artistieke evenementen zich kunnen ontwikkelen tot sociale gangmakers. Hoewel die zijde van cultuurwerk als hoopvol is te bestempelen, zijn er ook vragen te stellen bij zo’n dynamiek. Leden van de collectieven lijken essentiële elementen uit ieders leven enkel te kunnen beleven door productief te zijn, door als kunstenaars de weg naar de juiste papieren te vinden of uitgenodigd te worden door een organisatie. Na jaren van afgewezen visumaanvragen om van Kroatië naar Nederland en België te reizen zorgde de uitnodiging van Visite er eindelijk voor dat een van de deelnemende kunstenaars haar familie na lange tijd weer kon zien. Wat hen als burgers wordt ontzegd, is via omwegen mogelijk door artistiek werk. Dat confronteert kunstorganisaties met hun verantwoordelijkheid en roept tegelijk vragen op over de verhouding tussen burger- en kunstenaarschap en tussen burger/kunstenaar en overheid.
In de tentoonstellingsruimte hangt een banner van het Women to Women-collective met onder meer de woorden ‘They can’t kill us all’ en ‘love & rage’. Kunnen jullie toelichten wat jullie doen met die banner?
Safaa Salem De banner is gemaakt vanuit de ervaringen die we allemaal delen.
Mensura Juranović We hebben de banner voor het eerst gebruikt in 2020, op 8 maart, Internationale Vrouwendag. Sindsdien reist de banner rond en als de kans zich voordoet, vergezellen we hem. Hij is dus wereldberoemd (lacht).
Kunnen jullie wat vertellen over de werking van Post Collective en jullie film Rerooting?
Elli Vassalou Het Post Collective werd opgericht in 2018. We werken al langere tijd samen met Mirra, ook voor het project Metaspora en voor Espace Fxmme in Globe Aroma, een artistieke werkplek in Brussel waar vrouwen van verschillende nationaliteiten en culturele achtergronden kunnen samenkomen en co-creëren. Voor mij is het belangrijk om transnationale, feministische collectieven te bouwen waar nagedacht kan worden over gedeelde verleden en toekomst. Het Post Film Collective bestaat sinds 2020 en probeert alle ervaringen van het collectief te vertalen naar het medium film.
Voor de film Rerooting trokken we naar de Ardennen met de vraag hoe we in België de band met de natuur kunnen herstellen aangezien we als migranten ons thuisland verloren hebben. Een van ons, Sawsan [Maher], kon niet bij ons zijn omdat ze thuis bij haar kinderen moest blijven. De afstand die we jammer genoeg vaker ervaren, door een gebrek aan overheidssteun aan migranten-moeders, bracht ons tot het creëren van cinéletters, een taal die we kunnen gebruiken om dichter bij elkaar te zijn en samen een safe space te bouwen. In de cinéletters van Rerooting communiceren twee generaties migranten, moeders en dochters, met elkaar.
Mirra Markhaëva Het Post Collective is een collectieve samenwerking tussen migrantenkunstenaars en -activisten. Voor ons is het belangrijk te erkennen dat mensenrechten eigenlijk niet bestaan in België en Europa. Het gaat vooral om burgerrechten van witte, hier geboren mensen. Als migrant zit je in moeilijke administratieve omstandigheden. Collectivisme kan een antwoord bieden en tegemoetkomen aan je behoeftes en je rechten wanneer instituten en de overheid dat niet doen. Dat kan gaan over kleine dingen, maar ook medische bijstand, onderwijs en werk. Het sociale kapitaal van migranten is meestal herleid tot nul en daarom ga je te rade bij diasporagemeenschappen. Zulke gemeenschappen moeten worden opgebouwd. Vaak kom je dan uit bij groepen die je taal spreken, maar bij Post Collective werken we ook aan transnationale verbindingen. Aangezien cultuur verbonden is aan een bepaald land en een culturele context, kan je die niet zomaar overbrengen. Daarom werken we aan een eigen subcultuur via gedeelde actie. En dat is vaak moeilijk door praktische hindernissen en een gebrek aan middelen.
Waar hebben jullie elkaar ontmoet?
Mirra Elli, ik en de andere leden van Post Collective zijn elkaar tegengekomen tijdens de Open Design Course in Gent, een drie maanden durend programma waarbij vluchtelingen kunnen kennismaken met open designpraktijken. Een terugkerend probleem voor migranten is duurzaamheid: hulpprogramma’s ondersteunen je op een bepaald moment, maar vervolgens keer je terug naar je rechteloze situatie. Een migrant eenmaal helpen, verandert niet heel veel aan iemands situatie. Om de resultaten van de Open Design Course duurzaam te maken, bijvoorbeeld om werk te kunnen zoeken, besloten we een collectief te creëren. Dat heette eerst het Post ODC Collective, met een verwijzing naar het programma, en werd vervolgens het Post Collective. En ‘film’ kwam erbij toen we samen films begonnen te maken. Het is dus behoorlijk fluïde (lacht). Voor mij persoonlijk staat ‘post’ ook voor wat er gebeurt ná het werk, na de artistieke creatie, voor hoe je je verbindt met mensen buiten de werkplek. In 2022 had ik een vrij ernstige COVID-besmetting. Als sans-papier had ik geen recht op medische bijstand, maar toen de andere leden van het collectief erover hoorden, hielpen ze mij met eten en allerlei dingen. Er is dus meer dan het samenwerken op zich. Als lid van het collectief ben je niet gewoon een medewerker of collega-kunstenaar. Je bent elkaars steunnetwerk. Zo overleef je als de instituten je niet steunen. Al ben ik ervan overtuigd dat collectivisme niet alleen goed is wanneer je in een overlevingsmodus zit, maar evenzeer in andere levensomstandigheden.
Elli Voor mij staat de naam ook voor onze speculatieve praktijk. We proberen in het hier en nu een wereld te creëren die niet bestaat in het hier en nu. We trachten een postkapitalistische en postnationale wereld te maken, zonder grenzen, waarin we samenwerken en grondstoffen en rechten delen. Een wereld waarin we gewoon samen kunnen zijn.
Mijn naam is Rob Jacobs en ik maak deel uit van Collectif Faire-Part, een filmmakerscollectief uit België en Congo. Ik ben benieuwd: hoe ontstaan ideeën voor projecten met jullie collectieven? Gebeurt dat spontaan of houden jullie daarvoor samenkomsten?
Arbina Alihjian (Arpy) Bij het Women to Women-collective organiseren we regelmatig bijeenkomsten om ideeën uit te wisselen en als er mensen van buiten het collectief ideeën hebben, nodigen we hen uit.
Safaa We nemen alle beslissingen samen, als een collectief. Daarvoor komen we samen in het atelier dat we met elkaar delen en we wisselen er alle ideeën uit. We leven harmonieus samen, dus besluiten nemen verloopt heel vlot. Voor mij persoonlijk heeft het collectief me geholpen om via het atelier aan werk te raken. Ik leefde al zes jaar in Kroatië en het was erg moeilijk voor mij om een job te vinden binnen mijn veld.
Mensura Daar zou ik nog aan willen toevoegen dat de actualiteit kan aansporen tot ideeën. Zo hebben we een gedenkteken gemaakt met de portretten van mensen die gestorven zijn op de Balkanroute. Leden van het collectief brengen ook een bezoek aan familieleden van op die route overleden migranten, om hen te steunen.
Hoe verloopt dat bij het Post Film Collective?
Mirra Er zijn heel wat gelijkenissen. Ook wij organiseren samenkomsten, wat soms moeilijk is omdat we in verschillende situaties leven. Ik ga helemaal akkoord met het creëren als een antwoord op de actualiteit en het aanwezig zijn in de lokale context. Het is mooi om dat met kunst te doen. En daarvoor werken we ieder vanuit onze eigen verschillende disciplines.
Elli Gewoonlijk hebben we elke week een samenkomst. We proberen telkens een check-in en check-out te doen, waarbij iedereen kan vertellen met welke bagage ze die dag naar de meeting zijn gekomen. Dat zijn belangrijke instrumenten voor ons. Ze geven aan waar we in de toekomst naartoe willen, want iedereen kan daarbij verschillende behoeftes kenbaar maken. Dat kan leiden tot projecten die meer gericht zijn op solidariteit ofwel tot meer artistieke samenwerkingen. De vormen van samenwerken die we vinden, komen voort uit ieders bezorgdheden.
Rob, hoe werkt dat bij Collectif Faire-Part?
Rob Wij zijn een klein collectief van filmmakers in België en Congo die de afgelopen zeven jaar samen documentaires hebben gemaakt. Een belangrijke vraag voor ons is hoe we de privileges van de makers in Antwerpen en Brussel delen met de makers in Kinshasa. Onze werkwijze is ongeveer dezelfde als bij de twee andere collectieven hier: door samen te werken komen we allerlei problemen tegen en die problemen leiden vaak tot films of andere projecten. Bij Faire-Part leven we dan wel in andere continenten, we brengen toch veel tijd door met elkaar. De spanningen en de verlangens die opduiken terwijl we samen verder gaan, vormen de basis van de verhalen die we willen vertellen.
Mirra Bij het Post Film Collective hebben we een vergelijkbare situatie met Robin [Vanbesien], die ons als lokale maker helpt te verankeren. Als immigrant ben je immers altijd afgezonderd en geïsoleerd in welbepaalde plekken, wat de controlerende instanties een gevoel van veiligheid geeft. Het is dus altijd goed om een netwerk van handlangers te hebben die privileges kunnen delen, onder meer via een vzw of het kunstenaarsstatuut.
Mensura Bij het Women to Women-collective hadden we het geluk dat we een plek gedoneerd kregen via de erfenis van de kunstenares Vera Dajht-Kralj. Want direct contact hebben met elkaar is belangrijk. In een gezamenlijke ruimte kan je de verbondenheid voelen en gevoelens met elkaar delen. Wij zijn een familie.
Mirra Wij dromen van zo’n collectieve ruimte waar we samen kunnen leven en creëren. Volgens mij zijn kunstenaarsresidenties een geschikt alternatief voor vluchtelingenkampen. Daarvoor kijken we onder meer naar tijdelijke bezettingen van leegstaande gebouwen in Brussel, eigenlijk legaal kraken in overeenstemming met eigenaars.
Bij een gezamenlijke ruimte komt heel wat bureaucratie kijken. Vinden jullie dat een collectief een zo’n fysiek ruimte nodig heeft om tot een gedeelde mentale ruimte te komen? En hoe slagen jullie erin om daarvoor met allerlei instituten te overleggen?
Elli Momenteel bereiden we een Paperless art alliance contract (PAACT) voor dat zal verschijnen in de nieuwe Fair Arts Almanac van State of the Arts die in 2023 zal verschijnen. We hebben heel wat ervaring opgedaan met miscommunicatie en gemiste kansen met verschillende instanties. Vandaaruit willen we een overzicht geven van hoe je kan interageren binnen een collectief, maar ook hoe de samenwerking tussen kunstenaars en instituten kan verlopen. Zo is het niet vanzelfsprekend om aanwezig te zijn bij officiële publieke momenten of om deadlines te halen. In een collectief als het onze kan niet iedereen altijd voorrang geven aan kunst omdat er vaak urgentere prioriteiten zijn.
Arpy Het collectief heeft mijn leven veranderd. Het heeft me geholpen trieste momenten te verwerken. Tot twee weken geleden werd mij altijd een visa geweigerd om naar Nederland te reizen en er mijn zoon, dochter en kleinkinderen te bezoeken. Want met mijn Syrisch paspoort en zonder verblijfadres of bankrekening in Kroatië zou ik niet terug kunnen. Ik kan niet beschrijven hoezeer het collectief me heeft gesteund. Nu vandaag, in Antwerpen, zijn ze naar hier gekomen en kan ik ze na vijf jaar eindelijk opnieuw zien…
Net wanneer Arpy over haar familie spreekt, stapt haar dochter Vania de zaal binnen. Moeder en dochter hadden afgesproken om elkaar na afloop van het gesprek te ontmoeten. Het emotionele weerzien na vijf jaar gemis is hartverscheurend en raakt alle deelnemers. Arpy verlaat de zaal samen met haar dochter. Het emotionele gewicht van dit moment heeft het gesprek doen stilvallen.
Mirra Audre Lorde schreef al dat binnen onderdrukkende systemen voor jezelf zorgen geen kwestie van luxe is, maar een daad van politiek verzet. Voor mij persoonlijk is kunst een manier om een meer comfortabele ruimte te creëren. Ethiek speelt daarbij een grote rol: geen stress oproepen, naar elkaar te luisteren, nieuwsgierig zijn… Problemen met elkaar delen is belangrijk. Als je werkt met mensen in de marge van de samenleving, is het van belang dat je verder kijkt dan wat ze je professioneel kunnen bieden. Werken aan een film als Rerooting is niet alleen een artistieke expressie, het zorgt ook voor een vergoeding voor mensen die vaak nauwelijks de mogelijkheid hebben om legaal betaald te worden. Residenties zorgen dan weer voor een plek om te leven. En dat alles helpt ook om connecties te leggen met anderen en een gemeenschap te bouwen.
Elli Zeker voor mensen die weinig rechten hebben, kan een collectief zorgen voor een soort camouflage of beschermende laag waarmee zij wel toegang kunnen krijgen tot plekken die hen anders niet verwelkomen of die niet voor hen zijn gemaakt. Dat geldt nu ook voor Arpy. Als individu heeft ze geen recht op een visum en kan ze niet reizen, maar als deel van een collectief en wanneer organisaties samenwerken kan dat wel. Dat ze haar dochter heeft kunnen zien, voelt nu aan als belangrijker dan het tonen van ons werk.
Het Bos, Antwerpen, 20 november 2022.
Dit gesprek werd gemodereerd door Visite-curator Eva van Tongeren. Met dank aan de deelnemers voor hun vragen en aan de collectieven Women to Women en Post Film Collective.
Het festival Visite plaatst een boomhut in Het Bos. Althans The Miracle on George Green van Onyeka Igwe doet dat in beelden. Haar reflectie rond collectief protest past in een festivaleditie die focust op collectieve dynamieken in en via film.
Fantômas ontvangt en stuurt briefpost vanuit de filmzaal en wandelgangen. Ditmaal een bericht aan het festival Visite in Antwerpen, op de vooravond van hun recentste editie.
Hoe verbeeld je de wereld zonder patriarchaat? Dramaturg en auteur Caroline Godart interviewt de Puerto Ricaanse kunstenaar Beatriz Santiago Muñoz over haar nieuwe tentoonstelling, waarin een troep radicale amazones alle schermen van het Brusselse argos overneemt. Gebaseerd op de roman Les guérillères uit 1969 van de feministische auteur Monique Wittig zorgt Oriana voor een onderdompeling in een wereld voorbij gender.
Terwijl de historische Zwitserse filmzaal Le Plaza renoveert, krijgen externe curatoren vrij spel in haar vitrine. Curator en onderzoeker Julian Ross blikt terug op een programma dat hij er in april samenstelde en licht en passant een tipje van de sluier over het thema van het volgende Fantômas-nummer.
Een festival is een werk van liefde, maar het onderscheid maken tussen liefde en werk is moeilijk. Festivalprogrammator en -directeur María Palacios Cruz reflecteert over wat festivals (kunnen) zijn.