Het spook van de cinema

In samenwerking met Film Fest Gent publiceren we in de reeks ‘Wide Angle’ reflecties bij filmvertoningen. Voor Michaël Van Remoortere draagt Goodbye, Dragon Inn het wezenlijke van film, van kunst, van leven.

13.06.2023 | Michaël Van Remoortere

Alle Micky-Maus-Filme haben zum Motiv den Auszug, das Fürchten zu lernen.

Walter Benjamin – Gessamelte Schriften VI

Wanneer we over vijftig jaar niet meer naar de bioscoop gaan, maar naar de Disneyscoop ­— en dit enkel in het onwaarschijnlijke geval dat we ons huis nog zullen verlaten om content te bekijken ­— zal Goodbye, Dragon Inn een testament blijven van alles waarvoor cinema ooit gestaan heeft. Hoewel we jaarlijks om de oren geslagen worden met films die ‘over de magie van film gaan’, weet haast geen enkele andere film de ervaring van de bioscoop, de ervaring van het kijken van cinema, zo exhaustief weer te geven. Vooraleer ik het in het verdere stuk zou vergeten, wil ik hier al gezegd hebben dat Goodbye, Dragon Inn een meesterwerk is. Zoals Derrida meende dat het spook van de niet-verkende mogelijkheden van het marxisme nog steeds over Europa hangt, zo is Goodbye, Dragon Inn de plek waar het spook van de cinema zal blijven rondwaren.

De film speelt zich dan ook volledig af rondom een bioscoop in de hoofdstad van Taiwan gedurende de laatste voorstelling vooraleer de deuren gesloten worden. Tegen de achtergrond van de wuxia-klassieker Dragon, Inn (King Hu, 1967) verkennen we de cinemazaal, de loketten, de kelders, de toiletten en de zolder van dit gebouw in het spoor van enkele dolende zielen die elk met hun individuele verlangens elkaar kruisen in deze tempel van de eenzaamheid. Eenzaamheid hoeft geen uitsluitend negatieve ervaring te zijn; als ervaring kan ze de stimulans zijn om naar buiten te treden. Zou er verlangen zijn zonder eenzaamheid? De idee dat je iets mist en tegelijkertijd het geloof dat wat gemist wordt zich wel degelijk ergens ophoudt? Het leven is altijd elders en waarom dan niet hier, in deze bioscoop, tijdens deze laatste voorstelling?

De Japanse toerist die een van onze gidsen gedurende de film is, hoopt voor de kostprijs van zijn ticket meer te krijgen dan een loutere filmvoorstelling. Hij is naar deze plek gekomen om te cruisen; een woord dat afkomstig is van het Nederlandse ‘kruisen’, als in twee schepen die elkaar in de schijnbare oneindigheid van de wereldzeeën kortstondig in elkaars nabijheid bevinden alvorens hun reis verder te zetten. Ik geloof dat de sleutel van Goodbye, Dragon Inn zich in de praktijk van het cruisen bevindt. Het is hier geen metafoor, want het wil niet iets anders betekenen dan het in werkelijkheid is, maar eerder een beginselverklaring van een regisseur voor wie cinema onlosmakelijk verbonden lijkt met het lichaam en de verlangens die het samen houden.

Beeld je in: je betreedt een donkere ruimte. Je ogen moeten aan het donker wennen, je zintuigen worden op scherp gesteld. Voorzichtig schuifel je langs de muren op zoek naar houvast tot je de moed verzameld hebt om je aan de ruimte over te geven in de hoop dat deze overgave je een nieuwe ervaring zal opleveren. Iets waarvan je niet wist dat je het zocht, je wist alleen dat je iets zocht. Dat is cruisen, dat is cinema en dat is — voor mij althans — schrijven. Het verlangen tegelijkertijd meer en minder dan jezelf te zijn.

In onze tijd waarin de werkelijkheid steeds meer door algoritmes beperkt wordt, waarin wat we ons kunnen inbeelden enkel meer van hetzelfde is, waarin oeverloos gediscussieerd wordt over AI, ChatGTP en IP, is cruisen een anachronisme, een oneigentijdse bezigheid die het toeval, de onzekerheid en de frictie viert. Ik ben ook opgegroeid met Disney-animatiefilms, met de boeken van Harry Potter en de ‘nieuwe’ Star Wars-trilogie, maar kon niet wachten om op te groeien in de hoop dat er daarbuiten een hele wereld was die ontdekt kon — moest! — worden. Het hele discours over seks in films, tegen seks in films, dat om de zoveel tijd, maar met steeds kortere tussenpozen, oplaait, is een symptoom van een maatschappij die er niet meer in slaagt de wereld te denken in termen die complexer zijn dan goed en kwaad. Seks en de verlangens die eraan ten grondslag liggen, hebben altijd een ontregelende functie gehad die moeilijk te rijmen valt met uitgesproken morele en politieke ideeën. (Dat betekent uiteraard niet dat seks zich aan gene zijde van alle moraal bevindt.) Seks is morsig, rommelig en zo door en door menselijk. Vanzelfsprekend hebben superhelden geen seks, superhelden hebben immers geen lichaam of toch niet op dezelfde manier waarop de mens door het zijne geconstitueerd wordt.

Wij vliegen dan ook niet door de ruimte, wij strompelen erdoorheen. Zoals de ticketverkoopster die met haar manke been het hele gebouw door hobbelt om haar liefde in de vorm van eten aan de projectionist aan te bieden. Een heel leven wordt uitgedrukt in dit kleine gebaar dat voor deze vrouw enorm veel moeite kost. De lange shots waarin we haar gestaag haar weg door het labyrint zien zoeken, vertellen ons meer over haar dan ze misschien zelf bewust zou kunnen uitdrukken. En dat is, mijns inziens, niet tragisch. Onze verlangens schenken ons telkens opnieuw de mogelijkheid om de moed te vinden boven onszelf uit te stijgen.

De morele visie van Tsai Ming-liang bestaat eruit dat hij het leven neemt voor wat het is en er genoeg waarde aan hecht om dat leven dan ook vast te leggen. Hij schijnt te geloven dat ook wij slechts spoken zijn tot we door elkaar bekeken worden. Uiteraard is Goodbye, Dragon Inn ook een film over kijken en bekeken worden. Kijken als creatie; een daad van erkenning. Ik geloof dat alle grote kunst ons in wezen ja tegen het leven wil doen zeggen. Niet omdat ze ons in onze positie wil bevestigen, maar net omdat ze ons kan tonen hoeveel groter de wereld is dan wij voor mogelijk houden. Hoeveel er buiten ons hoofd om te zien is in deze wereld. Waar Benjamin de essentie van de Disneyfilm zocht in de angst die altijd naar huis doet terugkeren, geloof ik dat ware kunst ons opdraagt naar buiten te treden. Uit ons huis, uit ons hoofd, uit onze identiteit.

Immers, alle mogelijkheden die we onbenut laten, zullen ons als spoken blijven volgen.

 

Bij de reeks ‘Wide Angle’ hoort ook een podcast. De aflevering over Goodbye, Dragon Inn kan je hier beluisteren. Met dank aan Film Fest Gent en Urgent.fm.

 

gerelateerde artikelen
 

Rum & Shampoo

Met Stars at Noon bewijst Claire Denis opnieuw als geen ander de vinger te leggen op de verbindingen van seksuele verlangens en politieke connotaties.

Een vluchthaven voor nachtraven

De recente restauratie van Toute une nuit is voor nieuwe Brusselaar Michaël Van Remoortere een gelofte om de stad die Chantal Akerman in een enkele nacht bezingt te verdedigen door haar lief te hebben zoals zij is in al haar prachtige en gemankeerde overdaad.

 
 

Een carnaval van leven en dood.

Met het zinderende A New Old Play maakt de Chinese schilder en cineast Qiu Jiongjiong zijn fictiedebuut. Wij gingen met hem in gesprek over zijn filmstijl op het kruispunt van schilderkunst en cinema, over de kracht van kunst en over de uitdagende omstandigheden waarin hij zijn film maakte.

Fantômas #2: vrij verlangen

Wat behelzen geluid en bewegend beeld dat geschreven tekst niet herbergen kan? Schrijven over film impliceert altijd tekortkomen. Die spanning stimuleert heel wat teksten in ons tweede nummer. Het prijzen van de onvatbaarheid van een film die de schrijver tegelijkertijd probeert te vatten is een paradoxale evenwichtsoefening. Koorddansen vraagt uiteindelijk om een sprong in het ongewisse.

 
 

Fantômas #1: het geheugen, de herinnering

Het verleden is nooit dood. Het is niet eens verleden tijd. Die memorabele gedachte van William Faulkner spookt bij uitstek door elk bewegend beeld. In zijn meest oorspronkelijke vorm is film niet minder dan gestolde tijd, uitgekristalliseerd in 24 beelden per seconde. De filmgeschiedenis is dooraderd met werken waarvan de vertelling in de herinnering duikt, of waarin de herinnering opduikt in de vertelling; talloze cineasten — van gisteren, vandaag en morgen — maken van het geheugen hun ontginningsterrein.